donderdag 21 januari 2010

Fietstocht (Veluws hekeldicht IX)



Schrale zandgrond stuift en schraapt
haar bijbelgordel door kwartieren,
laat langs sprengen, waar de elrits blinkt,
naast meningitis lododendrons zwieren.
Met op afstand digitalis paganistus
in de groene bedstee waar de lelie weidt
en kruisbestuift in naam van Christus
tot velden vol van enkelheid.

Waar de keiler met zijn harde houwers
in de zwarte bodem woelt en wroet
daar zoogt de zeug in reine ketel
haar frislingen vol vlees en bloed.
Zij wassen zich tot rijpe overlopers
langs naakt kadaver wijdewereldweg
en geven zich aan zielenstropers
rond het braambos en de heg.

Er kruist een stenen slingerpad,
door trage heidedorpen,
waarop in het zwarte fietsenlint,
kuise eeuwen teruggeworpen,
de aanstaand vrome man zich richt
die, vooruit op rok en rol,
Shir-HaShirim van tweespraak dicht,
de mond van dadels vol.



© René Hillenaar

Geen opmerkingen:

Een reactie posten